Door de babyfoon kunnen Anne en ik in de nacht contact hebben, wat soms ook echt nodig blijkt te zijn. Zo was ik al naar bed en pufte nog na van de warme dag en hoorde ik Anne hele rare geluiden maken. Eerst maar eens rechtop, hoorde ik het goed?
En wis en waarachtig, een heel angstig geluid, dus ik rende de trap af en ..... vond Anne, liggend op z’n knieën met het hoofd naar beneden. Ik schrok erg en ging in overleg, hoe we dit moesten fiksen.
Ik gaf het sein en zei: “Anne, pak je vast aan het bed en schrik niet, wat ik nu ga doen”.
Anne hield zich vast, ik deed m’n schouder onder z’n stuit, pakte één been vast en met alle kracht duwde ik hem omhoog. Anne riep nog: “Ik raak iets met m’n been”. “Niks om geven”, brulde ik terug. Het was een uitputtingsslag, maar het lukte.
Samen hijgden we na op bed en een poosje later wilde ik toch naar m’n eigen bed en zei: “Trusten troela, ik ga naar boven”. Anne antwoorde ook zoiets en ik hijgde nog na op m’n eigen bed. Poeh...wat was ik warm geworden. Dit moest nooit weer. M’n hart sloeg 88 en ik dacht er nog eens over na.
Het was gelukt, maar.... bedacht ik me ineens.....het ledikant kon naar beneden..... Ik heb er ontzettend om kunnen lachen, maar pas na een poosje, toen ik totaal in de ruststand was beland.
Froukje, Froukje, hoe dom kon je zijn. Wie van ons beiden kan niet goed meer denken?
eFVe
Geen opmerkingen:
Een reactie posten